Koken gaat zoveel vlotter als je weet welke pan waarvoor dient. Want als een kookboek begint over een ‘hapjespan’ of koekenpan – weet jij dan precies welke bedoeld wordt? Zoveel bereidingen, zoveel pannen. Niet elke pan is geschikt om te bakken, te stoven of te roerbakken. De ene houdt de warmte lang vast, de andere is perfect om iets snel aan te schroeien. Hoog tijd om de belangrijkste pannen op een rijtje te zetten. Zo weet jij welke je zeker in huis moet hebben. 

Bakken en braden

Voor vlees, vis of om simpelweg een eitje te bakken gebruik je een klassieke koekenpan. Die heeft een vlakke bodem, lage randen en vaak een antiaanbaklaag. Perfect voor bereidingen op hoge temperatuur die niet mogen blijven kleven. Een gietijzeren pan geeft dan weer extra warmte en zorgt voor een mooie korst op een stuk vlees.

Wil je die gegrilde look, maar heb je geen barbecue? Dan is een grillpan ideaal. De ribbels geven je ingrediënten dat typische patroon en zorgen ervoor dat het vet wat wegloopt. Handig voor groenten, kipfilet of een plak halloumi.

Garen, sudderen en sauzen maken

Stoofpotjes, chili of een dampende curry? Daarvoor gebruik je een pan met hogere randen en een dikke bodem, zoals een braadpan of een gietijzeren pot. Die houden de warmte goed vast en zijn geschikt om eerst aan te bakken en dan lang te laten pruttelen. Veel van deze pannen mogen ook in de oven, wat handig is als je gerechten wil laten doorgaren of een grillkorstje wil.

Voor kleinere hoeveelheden, zoals sauzen of pudding, is een steelpan erg handig. Die is licht, makkelijk te gebruiken en dikwijls voorzien van een schenktuit. Je kan er ook perfect een eitje in koken of melk in opwarmen. Zeker bij sauzen is het fijn dat je vlot kunt roeren en afgieten zonder geknoei. Daarvoor bestaan zelf afgeronde pannetjes, zodat je gemakkelijk kan roeren en klutsen.

Roeren en omscheppen

Voor snelle wokgerechten heb je vooral een goede wokpan nodig. Een wok is perfect om te roerbakken op hoge temperatuur. De bolle vorm zorgt ervoor dat alles mooi in beweging blijft, en je ingrediënten hun textuur behouden. Groenten blijven knapperig, vlees wordt snel dichtgeschroeid, en je hebt weinig vet nodig.

Liever iets meer controle, bijvoorbeeld als je met saus werkt? Dan is een sauteerpan een aanrader. Die lijkt op een koekenpan, maar heeft hogere wanden en meestal een deksel. Daardoor kun je eerst bakken, en daarna nog even laten garen zonder dat het uitdroogt. Ideaal voor doordeweekse gerechten met wat meer structuur en smaak.

Met deze basispannen heb je alles in huis om vlot en gevarieerd te koken. Je hoeft echt geen volledige set van twaalf stuks te hebben. Drie of vier degelijke pannen die je goed kent, brengen je al ver.